Rijksarchief in Antwerpen heropent na renovatie
Begin april opende het Rijksarchief in de Zurenborgwijk in Antwerpen opnieuw zijn deuren voor het grote publiek. De Regie der Gebouwen voerde er de afgelopen jaren grondige renovatie- en restauratiewerken uit aan het gebouw dat al dateert van 1905-1906.

Historiek van de werken
Het project voor de renovatie en restauratie werd jaren geleden opgestart. Toen de archiefbestanden sterk begonnen aan te groeien, onstond de nood aan extra ruimte. Het Rijksarchief in Antwerpen maakte samen met de Regie der Gebouwen, de beheerder van het gebouw, plannen voor een uitbreiding en grondige verbouwingswerken die in 2007 van start gingen. Door een geschil tussen de oorspronkelijke aannemer en de Regie der Gebouwen liep de werf heel wat vertraging op. Begin 2019 kwam het project in een stroomversnelling. De opdracht werd toegewezen aan een nieuwe hoofdaannemer, die in mei 2019 startte met de afwerking van het gebouw en de installatie van de technieken. Eind 2020 werden de werken afgerond.
Vlot toegankelijk en comfortabel
Om tegemoet te komen aan de sterke groei van de archiefbestanden, werden twee aanpalende herenhuizen toegevoegd aan het Rijksarchief. Daarnaast werd de binnentuin omgevormd tot leeszaal en werden alle publieke ruimtes naar het gelijkvloers gehaald. Zo zijn deze gemakkelijk bereikbaar voor mensen met een beperkte mobiliteit.
Er zijn in totaal negentien archiefdepots voorzien, die verspreid zijn over de drie hoger gelegen verdiepingen en twee ondergrondse verdiepingen die werden gecreëerd. Elke verduisterde archiefruimte kreeg een eigen klimaatregeling, waardoor de archiefstukken in optimale omstandigheden worden bewaard.
authentieke elementen in hedendaags archiefgebouw
In het begin van de 20ste eeuw stond het Rijksarchief in Antwerpen internationaal aangeschreven als een vooruitstrevend archiefgebouw. Dit was te danken aan de innovatieve technieken om de archieven te beschermen tegen brand en vocht: bijvoorbeeld de onderverdeling van de archiefdepots in compartimenten, dikke scheidingsmuren uit gewapend beton, metalen kluisdeuren, verluchtingsgaten in de buitenmuren om vocht tegen te gaan, …
De authentieke elementen van het gebouw werden zoveel mogelijk behouden: van de witte mozaïekvloer met de Belgische tricolore rand in de inkomhal, de monumentale houten voordeur met bronzen beslag, de statige ijzeren trap en de hoge plafonds in de kantoren tot en met de originele betonnen archiefrekken en brandvrije ijzeren depotdeuren. Er werd ook bewust voor gekozen om het originele meubilair, dat dateert uit het begin van de 20ste eeuw, harmonisch in het actuele interieur te integreren. De hedendaagse materialen werden gekozen in functie van duurzaamheid en authenticiteit.